Durf te noteren
In de lessen krijg je veel nieuw materiaal te verwerken, naast de nodige techniek en abstractere elementen als muziek, muziek interpretatie, dansvloer etiquette en wat al niet meer komen er ook nog de nodige pasjes en variaties voorbij. Tegenwoordig wordt er veel van film gebruik gemaakt om de passen te onthouden (een optie die wij binnen de school ook bieden). Maar we denken dat het veel beter is als je zelf je eigen aantekeningen maakt van het lesmateriaal.
In je eigen woorden omschrijven welke persoonlijke aandachtspunten er voorbij kwamen. In je eigen woorden opschrijven wat je het meest is bijgebleven aan algemene opmerkingen en vooral ook in je eigen woorden de nieuwe pasjes dan wel figuren noteren. Alleen al doordat je deze samenvatting van de les op papier hebt gezet blijft de inhoud van die les je veel beter bij. Maar hoe doe je dat dan, danspassen noteren?
Er zijn bestaande (bekende) manieren om dans te noteren, maar die blijken erg gecompliceerd. In de loop der jaren hebben we zelf een manier ontwikkeld en die zal ik hierbij uitleggen.
vocabulaire
Allereerst is het goed om in de lessen de termen die gebruikt worden voor bepaalde bewegingen te leren. Deze kunnen je helpen je notaties te vereenvoudigen. Hieronder volgt een lijst met een flink aantal bewegingen en een korte omschrijving hiervan.
Apertura / cruze adelante / cruze atras de drie basispassen: open pas, kruis voor, kruis achter.
Adornos versieringen
Alteración alteratie (verandering van richting) in (tijdens) de pas
Barrida ‘veeg’ het meevegen van de voet van de ander
Boleo verandering van richting in de as bijvoorbeeld: achterwaartse ocho naar voorwaartse ocho maakt achterwaartse boleo. Het woord komt waarschijnlijk van de boleadores, een soort lasso met balletjes aan het einde waarmee vee gevangen werd. De manier waarop de lasso zich om de poten van het dier slaat doet denken aan de beweging van het vrije been van de volger om het eigen standbeen.
Colgada moment waarbij beide partners met de voeten op dezelfde plek staan en daarom als het ware in elkaars armen ‘hangen’ (colgar = hangen). De colgada ontstaat vanuit een pas die wel gestart wordt maar halverwege de beweging stil gezet wordt, waarbij het vrije been van de volger letterlijk in de lucht blijft hangen. De leider heeft in ieder geval één voet dicht bij de standvoet van de volger, maar kan ervoor kiezen beide voeten bij de standvoet van de volger te zetten.
Corrida versnelling in het lopen
Cortado afgebroken pas in dubbel tempo (oorspronkelijke betekenis: een stop)
Cruzar (el cruze) kruisen (de kruispas van de volger)
Cunita wiebelpas (uitsluitend gewicht verplaatsend, voeten blijven op de plek) in normaal tempo
Dibujo versieringen (letterlijk: tekening)
Enrosque het jezelf ‘oprollen’ (vrije been om standbeen laten draaien terwijl je draait op één been)
Gancho haakje met je vrije been om een been van de ander
Giro draai, meestal van de volger om de leider, of beide om een middelpunt, de giro wordt met name omschreven door de passen van de volger, zij loopt: voor-zij-achter-zij. Vroeger zat er standaard een versnelling in de giro, namelijk het stukje “achter-zij-voor” waarbij de achter en de voor pas óp een hoofdbeat gedanst worden, wij noemen dit nog steeds de code van de giro. Tegenwoordig wordt de giro nog steeds voornamelijk in dit ritme gedanst, maar dan wordt het tempo wel geleid omdat we ook graag spelen met het ritme. Zo kun je de hele giro op de hoofdbeat dansen of helemaal versneld, of uiteraard de versnelling op andere momenten dansen.
Lapiz letterlijk: potlood, het ’tekenen’ met de voet op de vloer, gebruikt bij het versieren van het vrije been middels het tekenen van een grote cirkel.
Molino draai, meestal van de leider om de volger, waarbij de volger op één been staat en door de leider wordt meegedraaid
Ocho een figuur in de vorm van een 8. Deze beweging wordt met name door de volger gemaakt. Het gaat om een draai op het standbeen waarbij het vrije been óm het standbeen draait voordat het vrije been in een voorwaartse of achterwaartse pas verder gaat.
Ocho cortado een ocho die in de draai onderbroken wordt met een cortado. De meest bekende vorm hiervan wordt soms ook “ocho milonguero” genoemd, deze begint voor de volger met een cortado met rechts achter, naar een voor pas met rechts voor om daarna een cortado met links zijwaarts te maken die afgerond kan worden met een grote voorpas waarbij de volger het rechterbeen voorlangs passeert en daarna naar de leider draait of afgerond met een korte terugweg waarbij de volger in een voorwaartse kruispas eindigt.
Parada (barrière) een stop (vaak afstoppen van de volger met een voet van de leider)
Patada schopje tussen (en niet tegen) de benen van de ander
Sacada/entrada pas waarbij de één bijna letterlijk op de plek van de ander gaat staan (met name het woord sacada wordt hiervoor gebruikt, entrada wordt ook wel gebruikt als het om de kleine vorm gaat waarbij de plek ingenomen wordt met slechts de voet, dan gebruik je sacada alleen wanneer met het hele been de ruimte van de ander ingenomen wordt. Het onderscheid kan ook gemaakt worden door te spreken over een sacada (voor de kleine versie) of een diepe sacada)
Salida basaal looppatroon (letterlijk: vertrek) gebruikt voor “de basispas” een patroon van 8 passen die vroeger gebruikt werd om alle figuren aan op te hangen. Tegenwoordig ook wel gebruikt alleen voor het vertrek waarmee dan een zijwaartse pas naar links van de leider wordt bedoeld.
Sandwich figuur waarbij een voet van de een tussen de voeten van de ander genomen wordt.
Soltada het loslaten van één of beide kanten van de danshouding (omarming), waardoor bijvoorbeeld een van de partners een hele draai om eigen as ten opzichte van de ander kan maken.
Traspie letterlijk: struikelen. Het komt er op neer dat je minimaal twee keer over één pas doet, alsof je over een klein randje struikelde.
Volcada pas waarin je als het ware ‘valt’, waardoor je samen uit je as, maar in balans staat in een soort omgekeerde V-positie. Omschrijving van de schrijfster…: “Volcar” betekent o.a. (om)kiepen, maar ook omverpraten… Daarnaast is een betekenis van “volcarse” zich uitsloven. Kortom “volcada” betekent zoveel als: Een beweging waarbij de dame omkiept omdat ze zich omver heeft laten praten door een heer die zich daarvoor goed uitgesloofd heeft.
“basispas”
Als verdere handreiking bij het leren noteren wil ik de vroegere basispas nog eens benoemen (zie ook bij “salida”). Hoewel we deze basispas al in een heel vroeg stadium van ons lesgeven uit ons programma haalden merken we dat we de getallen nog altijd gebruiken als naam voor die passen. Vandaar dat ik dit figuur hierbij toch wil beschrijven.
Voor de leider: 1 = Rechts achter; 2 = links opzij; 3 = rechts voor (links van de volger, ook: kruis voor); 4 = links voor (links van de volger, ook: open); 5 = rechts bij links sluiten; 6 = links voor (in de looplijn van de volger); 7 = rechts opzij; 8 = links bij rechts sluiten
Voor de volger: 1 = Links voor; 2 = rechts opzij; 3 = links achter (rechts van de leider, ook: kruis achter); 4 = rechts achter (rechts van de leider, ook: open); 5 = links voor over rechts kruisen (dé kruispas); 6 = rechts achter (in de looplijn van de leider); 7 = links opzij; 8 = rechts bij links sluiten.
Naarmate je langer danst zul je merken dat je kleinere figuren of delen van een figuur in weinig woorden kunt omschrijven, maar sommige figuren zijn daar te gecompliceerd voor en moet je volledig uitwerken.
noteren
Voor de notatietechniek die wij daarvoor ontwikkeld hebben begin ik met het benoemen van de afkortingen die wij gebruiken:
H = Heer of leider / D = Dame of volger
L = links / R = rechts
vw = voorwaarts / zw = zijwaarts / aw = achterwaarts
sl = sluiten / x-pas = kruispas / ∞ = ocho
p-sys = parallel systeem / x-sys = gekruist systeem
⊆= rechtsom (met de klok mee) / ⊇ = linksom (tegen de klok in)
Versnellingen geven we aan door alle passen die bij de versnelling horen te onderstrepen. Voorbeeld: Lvw-Rsl-Lvw
Voor het volledig uitschrijven van figuren gebruiken we 2 regels, de bovenste regel voor de passen van de leider, de onderste voor de passen van de volger. Die regels verdelen we in gelijke stukjes zodat de bewegingen die bij elkaar horen direct boven elkaar staan.
1a) Voorbeeld van een voorwaartse ocho:
H: Lzw -Rvw LnaastD = cunita -Rsl -Lvw -Rzw -Lsl
D: Rzw -Law cunita + vw ∞ op R -Lvw -Raw -Lzw -Rsl
1b) Idem met gebruikmaking van de nummers uit de basispas:
2 – 3 – terughalen naar vw ∞ – 5 – 6 – 7 – 8
2a) Voorbeeld van een achterwaartse ocho met uitgang met de kruispas:
H: Lzw -Rsl -Lzw -Rzw -Lzw -Rzw -Lsl -Rvw LnaastD
D: Rzw -Law ∞ -Raw ∞ -Law ∞ -Raw ∞ -Law
H: -Lvw LnaastD -Rsl -Lvw -Rzw -Lsl
D: -Raw -L vw over R x-pas -Raw -Lzw -Rsl
2b) Idem met gebruikmaking van de nummers uit de basispas:
2 – 4x aw ∞ – 3 – 4 – 5 – 6 – 7 – 8