Dansstijlen
De dans is altijd de drijvende kracht achter de ontwikkeling van de muziek geweest, zo was het ook de dans die de muziek de wereld in bracht. Door de jaren heen zijn ook in de dans veel verschillende vormen, stijlen ontstaan. Er was een periode waarin de wijken van Buenos Aires eigen stijlen hadden, (bijvoorbeeld estilo Villa Urquiza), maar dansstijlen hangen natuurlijk ook samen met de tijdgeest en het waar of waarom je danst (in de salon of op het podium).
Er zijn heel veel (sub)stijlen, hierbij een globaal overzicht van dansstijlen:
Canyengue en/of orillero: Oude tangodansvorm, waarbij de dame min of meer tegen de zijde van de heer leunt, erg ritmische stijl. Orillero betekent letterlijk “van de orilla” de rand van de stad. Eigenlijk is deze stijl hetzelfde als Canyengue beide vallen onder de “Tango de Salon”. Het gaat hierbij om één van de vroegste (de eerste?) vormen van de tango.
Video: Martha en Manolo dansen “Zorro gris”.
Tango de Salon: Sociale dansvorm uit de 40-er jaren waarin weer vele stijlen in te onderscheiden vallen meestal gerelateerd aan de wijk van de stad waar de stijl ontstond. Het hoofdkenmerk voor alle vormen van Tango de Salon is letterlijk “goed dansbaar in de salon”.
Tango fantasia / tango danza / tango espectaculo: Benamingen voor de “show”-tango, de tango van het podium, het theatrale en van de grote (soms acrobatische) figuren.
Video: 10 Years Otango Company.
Milonguero-stijl: Dansvorm waarbij de bovenlijven volledig tegen elkaar aan zitten en er veel ruimte is in de voeten waardoor het paar een soort A vormt. Het woord werd rond 1995 aan de manier van dansen van Tete (Pedro Rusconi) gegeven. Later ontstond er een hele hype rond deze stijl en werd beweerd dat dit één van de oudste tangostijlen is. Tete zelf noemt zijn dans “Tango de Salon” en deze vorm kwam pas echt tot bloei toen hij eind jaren 80 met Maria Villasboas ging dansen. Nog meer informatie over ons en de Milonguerostijl vind je HIER.
Een Milonguero of milonguera is een persoon die regelmatig in de milonga’s te zien is.
Video: Tete en Birkit dansen “Este es el Rey” van D’Arienzo.
Neotango en andere moderne vormen: Tango is altijd in beweging geweest en nog. Er zijn door de jaren heen vele stijlen ontwikkeld, veel dingen uitgeprobeerd, veel mixen verzonnen en wat je al niet meer met dans kan doen. Veel van de experimenten die nu onder de noemer Neotango vallen zijn eerder echt ook al eens uitgeprobeerd, alleen hadden we toen niet de media van nu en reisden er nog niet zoveel (jongere) tangodansers rond.
Er zijn op dit moment veel mensen die experimenteren met “tango-fusions”, daarbij is er veel geleerd vanuit de moderne dans, maar ook bijvoorbeeld uit acrobatiek, tai chi. Veel mensen zijn zich veel bewuster van hun lijf door bijvoorbeeld Feldenkrais en Pilates en er ontstond, ergens na de millenniumwisseling, veel behoefte aan “organisch” dansen. Flow, ontspanning, losheid. Zelf vind ik dat we in die tijd een heleboel power en elegantie verloren raakten. Maar het was wel even nodig denk ik, om de tango wat uit het oude stramien te kunnen halen. En inmiddels zie je grote voorstanders van het “alles mag, kan en moet vooral ontspannen zijn” terugkeren naar de tango, maar door hun ervaringen binnen de uitstapjes in de divers fusions hebben ze een rijkere tango. Dat is wat mij betreft Neotango. Maar de gemiddeld danser zal je waarschijnlijk vertellen dat Neotango inhoudt dat je op muziek danst die onder de Neotango valt (electro en werledmuziek ed) en dat je groot, verder uit elkaar en met veel figuren danst.
Wij en de milonguerostijl.
In 1994 ging ik (Birkit) voor het eerst naar Buenos Aires. Meteen die keer kwam ik terecht in de armen van Tete. Een eigenzinnige wat oudere man met een heel eigen stijl van dansen. Wat hij me vooral wilde leren was me fysiek totaal over te geven aan hem en aan de muziek. Zijn toenmalige danspartner, Maria, was een sterke zelfstandige dame. En zij leerde me weer dat de man weliswaar leidt en dat je de passen doet die hij aangeeft, maar dat je zelf prima kan beslissen wanneer en hoe je die passen dan doet.
Omdat Tete niet echt een leraar was en niet kon uitleggen wat hij deed en ik vooral leerde door met hem te dansen kon ik terug in Nederland ook niet echt uitleggen wat de bedoeling was. Ik wilde het overbrengen aan Muzaffer en het enige wat ik kon doen was dansen en zeggen wanneer het goed voelde en wanneer niet. Een jaar later gingen wij (Muzaffer en ik) voor het eerst samen naar Buenos Aires. Tete was flink onder de indruk van hoe wij dansten. Hij riep tijdens een salon: “moet je hem zien, hij is nog nooit hier geweest maar danst als een porteño!”. Dat was wel echt een mooi moment. We hebben ons toen een paar jaar helemaal op deze stijl toegelegd en samen hebben we door analyseren en proberen deze stijl proberen te doorgronden. Inmiddels dansen we niet vaak meer in deze stijl maar is het wel een belangrijke basis voor onze huidige vorm van dansen.
Ook in 1994 is Pina Bausch in Buenos Aires. Zij ontmoet Tete en raakt onder de indruk van zijn manier van dansen. Nadat Muzaffer en ik samen in Buenos Aires zijn geweest begin 1995 zoekt Pina Bausch mogelijkheden om Tete naar Wuppertal te halen om aan haar dansers les te geven. Inmiddels hadden wij onze zinnen gezet op een bezoek van Tete aan Nijmegen. En zo kwamen Tete en Maria in de zomer van 1995 voor het eerst naar Europa. Én zo kwamen wij in Wuppertal terecht. Tete had ons inmiddels “geadopteerd” en wij waren zijn kinderen. Als Pina Bausch wilde dat haar dansers deze tango echt leerden moesten ze blijven oefenen en moesten ze ons naar Wuppertal halen om daar les te geven. En dat deden ze! Zo hebben wij de inmiddels enorme (en jammer genoeg versplinterde) tangscene van Wuppertal gestart in het Café Ada met hulp van Jean Sasporte (Pina Bausch Company).
Voor die eerste workshops in Nijmegen wilden wij de naam “Tango de Salon” gebruiken. Dat was hoe Tete zelf zijn stijl omschreef. Maar dat ging niet, zo werd gedacht, want wat wij tot dan toe hadden gedanst in Nijmegen en omstreken werd ook al Tango de Salon genoemd. Zo kwam Eric met het idee om deze stijl “Milonguero-stijl” te noemen. De stijl van de milonguero (de tanguero die werkelijk elke avond in een milonga (salon) te vinden is.)
Tegenwoordig wordt wel gedacht dat de milonguerostijl één van de oudste tangostijlen is, niets is minder waar. Voor zover ik heb begrepen van Tete begint men pas in 1950 wat dichter tegen elkaar aan te dansen en ontstaat langzaam de Tango de Salon. Dat wat wij milonguerostijl noemen is een stijl die heel specifiek van de combinatie Tete & Maria komt. Hij geeft zelf ook aan dat pas in 1989, als hij voor het eerst met Maria danst, zijn stijl voor altijd veranderde. Tete danste destijds als enige met 1 as binnen het paar. Tegen elkaar aan leunend, elkaar in evenwicht houdend. Terwijl er vele Tango de Salon-stijlen zijn die vooral inhouden dat je dichterbij elkaar danst en soms ook tegen elkaar aan, maar wel altijd je eigen as bewaard.